Hoe werkt het

We leven in een bijzondere tijd, waarin verandering en vernieuwing centraal staan. Deze elementen kunnen het op vele gebieden soms lastig maken. Te denken aan werk, relatie, opvoeding en persoonlijke groei en ontwikkeling. Dan kan het helpend zijn wanneer iemand naast je staat en met je meekijkt.

 

Vanuit gebeurtenissen, ervaringen of situaties waarin je verkeert kunnen emoties en spanningen een grote rol spelen. Deze emoties en spanningen kunnen een blokkerende uitwerking hebben op de dagelijkse activiteiten. Ook kan het zijn dat patronen ontstaan zijn vanuit een verleden, waarop op dit moment misschien nog geen bewustzijn ligt. Deze patronen kunnen maken dat je niet tevreden bent en niet lekker in je vel zit en vragen om verandering.

 

Als GGZ Agoog bied ik behandeling en begeleiding op het gebied van psychosociaal welzijn en is bedoeld voor mensen die ervaringen of dilemma’s tegen zijn gekomen en daar zelf even niet uit kunnen komen. Ieder persoon gaat hier op eigen wijze mee om.  De gebieden waarop ik mij onder meer richt zijn:

 

•          Persoonlijke groei en ontwikkeling

•          Procesveranderingen

•          Traumaverwerking

•          Burn-out

•          Hoog sensitiviteit

•          Relatieproblematiek

•          Opvoedingsproblematiek

•          Echtscheidingsproblematiek

•          Gedragsproblematiek

 

Ik werk zowel op individuele basis als gezinsgericht, afhankelijk van de hulpvraag. Vanuit de individuele basis gaan we samen een startpunt bepalen van waaruit we op weg gaan. Dit startpunt is gebaseerd waar jij op dat moment staat en wat actueel is. Vervolgens nemen we tijdens deze reis mee wat we gaandeweg tegen gaan komen, afgestemd op jouw tempo.

 

Vanuit de gezinsgerichte methode kan vanuit een goede samenwerking met aangesloten hulpverleners gewerkt worden vanuit het kind perspectief én het ouderperspectief. Om op die wijze naar elkaar toe te werken en veiligheid, stabiliteit en verbinding te versterken.

 

Na aanmelding kan de zorg binnen 2 weken worden gestart.